Parels: allesbehalve oubollig
Parels oubollig? Dat dacht ik vroeger ook. Stijlvol, zeker, maar eerlijk gezegd niet echt mijn ding. Totdat ik kennismaakte met Zylana, een van mijn leveranciers. Zij liet me de fascinerende wereld van parels zien – en vanaf dat moment veranderde alles.
Sindsdien ben ik verkocht. Ik ontdekte hoe prachtig parels zich laten combineren met de edelstenen waar ik al mee werkte. Daardoor zijn ze steeds vaker in mijn sieraden opgedoken. Niet omdat het hoort, maar juist omdat ze zo’n bijzondere aanvulling zijn: veelzijdig, tijdloos en met een natuurlijke glans die geen enkele andere edelsteen evenaart.
En omdat er over parels zóveel te vertellen valt, neem ik u in deze blog mee langs hun ontstaan, kleuren, soorten en geschiedenis – mét een paar leuke weetjes tussendoor. Binnenkort volgen bovendien losse blogs waarin ik dieper inga op elke soort parel.
Hoe ontstaat een parel? (En waarom zandkorrels er niets mee te maken hebben)
Het romantische idee dat een parel ontstaat door een zandkorrel in een oester? Helaas, dat is een mythe. Oesters en mosselen filteren de hele dag water vol zand. Als dát de oorzaak was, zouden ze continu parels produceren.
De werkelijkheid is anders. Een parel ontstaat door een parasiet of microscopisch deeltje dat de schelp niet kan verwijderen. Als verdedigingsmechanisme kapselt de oester dit in met laagjes parelmoer. Hierdoor groeit langzaam een glanzende parel.
Tegenwoordig worden de meeste parels gekweekt. Daarbij plaatsen parelkwekers een klein bolletje (meestal van schelpmateriaal) in de oester om het proces te starten. Het blijft een natuurlijk groeiproces – maar dan met een zetje van de mens.
De kleur van een parel
De kleur van een parel wordt vooral bepaald door de binnenkant van de schelp waarin hij groeit:
-
Akoya-oesters → zilverwitte of crèmekleurige binnenkant → parels in wit, crème, lichtroze of blauwgrijs
-
Zuidzee-oesters → witte, zilveren of gouden binnenkant → parels in wit, zilver of goud
-
Tahitioesters → donkere binnenkant → parels in grijs, groen, blauw, paars of bijna zwart
Daarnaast spelen er meer factoren mee. Zo bepaalt de dikte van de parelmoerlaag hoe intens en duurzaam de kleur is. Ook de glans is belangrijk, omdat die de levendigheid en sprankeling geeft. En soms zie je het bijzondere orient-effect: een iriserend regenboogspel dat over het oppervlak beweegt. Dat maakt een parel extra betoverend.
Kortom: geen twee parels zijn ooit precies hetzelfde.
Soorten parels en hun groeiperiode
De schelp, de groeiperiode en de herkomst bepalen uiteindelijk de uitstraling en waarde van een parel.
-
Akoya-parels (1–2 jaar groeitijd)
Klassiek rond (denk aan het traditionele parelcollier), afkomstig uit Japan en China. Wit tot crème, vaak met een subtiele roze of zilveren gloed. Klein maar verfijnd (5–9 mm). -
Tahitiparels (2–3 jaar groeitijd)
Afkomstig uit Frans-Polynesië. Ze staan bekend om hun mysterieuze tinten: zwart, groen, blauw of aubergine. Relatief zeldzaam – en vooral de kleinere maten (8–9 mm) zijn kostbaarder. -
Zuidzeeparels (2–4 jaar groeitijd)
Groot, zeldzaam en afkomstig uit Australië, Indonesië en de Filipijnen. De kleuren variëren van wit en zilver tot goud, vaak met een satijnglans. Ze kunnen tot wel 20 mm groot worden. -
Zoetwaterparels (6 maanden–2 jaar groeitijd)
Groeien in meren en rivieren, vooral in China. Vaak ovaal of grillig van vorm, verkrijgbaar in allerlei kleuren. Ze zijn betaalbaar en daardoor ideaal voor speelse ontwerpen.
Parels door de eeuwen heen – van keizers tot kweek
Door de eeuwen heen hebben parels altijd een bijna mythische aantrekkingskracht gehad. Al 2000 v.Chr. werden ze in China beschreven als kostbare schatten. In Europa stonden ze symbool voor puurheid, terwijl men in China geloofde dat ze bescherming boden tegen vuur en draken.
Legendes zijn er volop. Cleopatra zou bijvoorbeeld een parel hebben opgelost in wijn om haar rijkdom te tonen. Julius Caesar schonk zijn geliefde Servilia naar verluidt een zwarte parel die tegenwoordig miljarden waard zou zijn.
Eeuwenlang waren parels zo zeldzaam dat alleen koningen en keizers ze konden dragen. Pas begin 20e eeuw veranderde dit, dankzij Japanse pioniers die de kunst van het kweken perfectioneerden. Sindsdien zijn parels toegankelijker – maar hun magie en schoonheid zijn altijd gebleven.
Waarom parels mij blijven inspireren
Wat begon met een toevallige kennismaking, is inmiddels uitgegroeid tot een echte liefde. Parels hebben hun plek gevonden in mijn werk én in mijn hart. Ze zijn nooit 100% perfect – en juist daardoor bijzonder.
In mijn atelier laat ik u graag zien hoe veelzijdig parels zijn en hoe prachtig ze zich laten combineren in een sieraad dat echt bij u past. Bovendien volgen er binnenkort aparte blogs waarin ik dieper inga op elke soort parel afzonderlijk.